Asbest en ioniserende straling

Blootstelling aan gevaarlijke stoffen kan leiden tot ernstige gezondheidsschade. 2 specifieke, grote risico's zijn blootstelling aan asbestvezels en blootstelling aan ioniserende straling. Het programma Asbest en Ioniserende Straling zet actief in op preventie. Dit doet zij onder meer door het afdwingen van hogere naleving van wet- en regelgeving en door het creëren van meer risicobewustzijn.

Asbest

De aanwezigheid van asbest in bouw- en andere materialen is een probleem dat in het hele land voorkomt. Bij bewerking en/of beschadiging van materialen waar asbest in zit, kunnen asbestvezels vrijkomen. De blootstelling aan asbestvezels kan op lange termijn leiden tot gezondheidsschade, zoals mesothelioom (asbestkanker) en longkanker.

In gebouwen en huizen tot 1994 is veel asbesthoudend materiaal gebruikt. Inmiddels zijn veel gebouwen waarin asbest is verwerkt verouderd. Bij verbouwing en sloop kunnen asbestvezels vrijkomen. Het verwijderen van asbesthoudende materialen moet daarom eerst op een veilige en deskundige manier worden uitgevoerd.

Bij illegale asbestverwijderingen wordt ondeskundig en onveilig gewerkt, waardoor werknemers en anderen in de omgeving kunnen worden blootgesteld aan asbestvezels.

Ioniserende straling

Waar wordt gewerkt met röntgenapparatuur of radioactieve bronnen kunnen werknemers worden blootgesteld aan ioniserende straling. Ioniserende straling is een energierijke straling die het DNA in lichaamscellen kan veranderen.

Blootstelling aan ioniserende straling kan door deze eigenschap ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid. Ongeacht de duur en frequentie kan blootstelling aan ioniserende straling leiden tot de ontwikkeling van kanker. Werkgevers moeten werkplekken dan ook goed inrichten om de blootstelling aan ioniserende straling zoveel mogelijk te beperken.

Doelen, aanpak en samenwerking