PSA, Arbeidsmarktdiscriminatie en Fysieke belasting
Maatschappelijk belang
Psychosociale arbeidsbelasting (PSA) is 1 van de grootste risico’s op het terrein van gezond werken. Onder PSA verstaan we werkstress door werkdruk, agressie en geweld, ongewenst gedrag zoals discriminatie, pesten en grensoverschrijdend gedrag. Los van de persoonlijke schade voor individuele werknemers, toont onderzoek aan dat uitval door PSA werkgevers jaarlijks rond de 3 miljard euro kost. De maatschappelijke kosten bedragen jaarlijks meer dan 20 miljard euro.
Naast discriminatie op de werkvloer wordt ook arbeidsmarktdiscriminatie steeds minder getolereerd. De Nederlandse Arbeidsinspectie bereidt zich voor op de inwerkingtreding van het wetsvoorstel toezicht gelijke kansen bij werving en selectie. Daarbij zet zij verkennende inspecties in, op basis van een online vacaturescanner.
Uit nadere analyses blijkt dat risico’s op psychosociale arbeidsbelasting en arbeidsmarktdiscriminatie problemen zich voordoen in uiteenlopende sectoren. Bekende sectoren zijn het onderwijs en de zorg, maar de problematiek speelt ook in de beveiliging en opsporing, vervoer (goederen en personen), industrie, kunst en cultuur en bij politie en defensie.
Doelen, aanpak en samenwerking
Het programma heeft de volgende doelen:
De interventies van het programma resulteren in PSA-beleid bij werkgevers dat meer gericht is op preventie. Het programma toetst vervolgens of de situatie op de werkvloer voor de werknemers daadwerkelijk verbeterd is.
50 procent van de bij onze inspecties betrokken stakeholders helpen om ook die werkgevers te bereiken waar de inspectie zelf niet inspecteert.
Binnen dit programma wordt ook de ontwikkelopdracht Fysieke Belasting opgepakt. Doel is om inzicht te krijgen in de vraag waarom deze problematiek zo persistent is en hoe het probleem kan worden aangepakt.
Kiezen
We kiezen sectoren uit om te interveniëren op basis van informatie over PSA, discriminatie en fysieke belasting in diverse sectoren (informatiegestuurd werken, IGW).
Begrijpen
We willen goed begrijpen wat er in een sector aan de hand is en wat de achterliggende oorzaken zijn. Om de situatie beter te begrijpen beginnen we interventies met een oriëntatie (via onderzoek of via verkennende inspecties).
Aanpakken
Op basis van de inzichten uit de oriëntatie van de problematiek in een sector bezien we welke interventie het meest passend is om het gewenste effect (meer preventie) te bereiken.
De ene keer kan dat voorlichting zijn (als een achterliggende oorzaak is dat werkgevers niet weten wat ze moeten doen), de andere keer kan dat handhaving zijn (als uit de oriëntatie blijkt dat werkgevers niet willen voldoen aan de Arbowetgeving of als blijkt dat werkgevers een bepaald aspect van de wettelijke vereisten niet goed uitvoeren (bijvoorbeeld wel maatregelen nemen, maar niet evalueren of die maatregelen effectief zijn).
Samen met onder andere inspecties, branche- en beroepsorganisaties, bedrijfsartsen (NVAB), vakbonden, verzekeraars en kennisinstellingen verkent het programma met een brede blik de achterliggende oorzaken van de problemen in geselecteerde sectoren.
Met het College voor de Rechten van de Mens en de Anti-Discriminatie Voorzieningen wordt informatie uitgewisseld om keuzes te onderbouwen waar te interveniëren op het terrein van discriminatie.